Onderstaande brief is een reactie op de brief van het College, te lezen via
http://www.utrecht.nl/smartsite.dws?id=88530&GID=270821Geachte raadsleden,
Bij deze reageren wij op de brief van het college van B&W, behorende bij het raadsvoorstel over ons Burgerinitiatief "Een blauwe zone voor de Rivierenwijk" (briefnummer 08.070875).
De verantwoordelijk wethouder heeft al in een eerder stadium aangegeven niet van plan te zijn onderdelen van het Burgerinitiatief over te nemen, dus het voorliggende raadsvoorstel is wat dat betreft niet verrassend. Toch vinden wij het jammer dat het college hiermee voorbij gaat aan de bezwaren tegen de huidige aanpak van de uitvoering van het parkeerbeleid. Er wordt zo geen recht gedaan richting de bewoners van de Rivierenwijk én andere buurten in de stad, en aan de discussie die tijdens de raadsinformatieavond is gevoerd.
Het collegestandpunt wordt verdedigd in een brief, waarin een aantal argumenten wordt aangevoerd. Wij zijn van mening dat deze argumenten discutabel zijn en lichten dat bij deze toe.
BeleidsmatigHet relevante beleidskader voor dit onderwerp is het parkeerbeleid, opgeschreven in de parkeernota "Een kwestie van kiezen". Deze nota gaat uit van een eerlijke verdeling van de schaarse parkeerruimte over alle groepen gebruikers. Ook beschrijft de parkeernota dat er in de stad vele buurten zijn met ieder zijn eigen typologie van functies en gebiedskarakteristiek en dat daarom maatwerk vereist is. Ons voorstel voor een blauwe zone, alleen in de avonduren, blijkt uitstekend in het parkeerbeleid van de gemeente Utrecht te passen. Uit de brief van het college blijkt dat het college het met ons eens is dat het beschreven maatwerk ver te zoeken is, aangezien de argumentatie nu wordt gezocht op andere beleidsterreinen. De doelstellingen van het gemeentelijke milieu- en mobiliteitsbeleid kunnen ons inziens echter beter worden nagestreefd door aansluiting te zoeken bij landelijke ontwikkelingen, zoals kilometerheffing, verblijfsheffing of milieuzones. Wij hopen dat de discussie in de raad over het parkeren in de Rivierenwijk niet wordt vertroebeld door de gehele wereldproblematiek erbij te betrekken.
ParkeerdrukmetingDe argumentatie om ook overdag parkeerregulering in te voeren is afkomstig van de parkeerdrukmeting. Wij hebben onderzocht waarom de meting van de gemeente (parkeerdruk overdag 85%) afwijkt van onze meting (parkeerdruk overdag 72%) in hetzelfde gebied. Het blijkt dat bij de bepaling van de beschikbare capaciteit door de gemeente erg strikt is gekeken, terwijl wij vooral hebben gekeken naar de bereikbaarheid voor hulpdiensten en acceptatie door de omwonenden. Als voorbeeld wordt de binnenring van het Wielingenplein genoemd (die overigens binnenkort ook door de gemeente wordt gelegaliseerd). Als je die plaatsen niet meerekent in de capaciteit stijgt de parkeerdruk ineens van 77% naar 120%. Zo lijkt het overdag een stuk drukker dan het in werkelijkheid is. Wij blijven dus van mening dat parkeerregulering overdag in onze buurt niet op z'n plaats is.
Vergunningen / ontheffingenHet college voert een technisch argument aan over het in te voeren ontheffingensysteem. Feitelijk zijn de benodigde bewonersontheffingen gewoon parkeervergunningen, maar heten ze anders vanwege een andere verkeersregel. De uitgiftecriteria kunnen dus worden gekopieerd uit de spelregels voorvergunningen en met een simpel besluit worden vastgesteld. Ook het feitelijk beheer van het systeem betekent in de praktijk dat de database van het parkeerbedrijf enkel een extra vakje moet krijgen, genaamd "bewonersontheffingen". Zoals zo vaak zijn technische problemen oplosbaar en zouden dus geen onderdeel moeten uitmaken van de discussie in de gemeenteraad.
FinancieelHet college voert als zwaarwegend argument de financiële verschillen op tussen betaald parkeren en een blauwe zone. Helaas zijn de bezwaren tot op heden niet onderbouwd met concrete cijfers voor de Rivierenwijk. In ons initiatief is wel een financiële onderbouwing beschreven, waaruit blijkt dat het financiële saldo van een blauwe zone vergelijkbaar is met betaald parkeren, als gevolg van de hoge kosten voor aanschaf en onderhoud van parkeerapparatuur en de relatief lage inkomsten. Hierin hebben we zelfs niet eens de door het college genoemde vergoedingsregeling en de toekomstige Wet Bestuurlijke Boete meegerekend. Zolang er geen concrete cijfers zijn die het tegendeel bewijzen voor de specifieke situatie in de Rivierenwijk, moeten we aannemen dat het financiële argument van het college geen stand houdt.
HandhavingHet college geeft aan dat handhaving in blauwe zones geen gemeentelijke aangelegenheid is omdat de gemeente heeft besloten dat het geen gemeentelijke aangelegenheid is. Dat is een cirkelredenering waar wij geen chocola van kunnen bakken. Het is vanzelfsprekend dat deze keuze destijds is gemaakt aangezien er geen blauwe zones waren om te handhaven. In ons initiatief hebben meerdere voorbeelden beschreven waarbij gemeentelijke BOA's succesvol de controle in blauwe zones uitvoeren. Ook dit kan middels een simpel besluit worden geregeld.
Kortom…Ondanks het feit dat parkeren volgens de parkeernota "een kwestie van kiezen" is, valt er bij de huidige uitwerking van het beleid bar weinig te kiezen, zowel voor ons als burgers als voor u als raadsleden. Wij vinden de argumenten om hardnekkig vast te houden aan de huidige aanpak onvoldoende overtuigend en zijn van mening dat de stad beter gediend zou zijn met maatwerk op het gebied van parkeerregulering.
De toezegging van het college om in de toekomst onderzoek te doen naar een gedifferentieerd parkeerregime is vaag en bovendien een gemiste kans. Juist nu, met een breed gedragen voorstel op tafel, is een uitgelezen moment om direct te starten met deze differentiatie in de vorm van een pilot in de Rivierenwijk. Kies dus nu voor dit Burgerinitiatief en laat zien dat de gemeenteraad dynamisch omspringt met complexe vraagstukken en dat beleid kan worden aangepast aan nieuwe inzichten!
Wij wensen u een goed inhoudelijk debat toe en zien de uitkomst met vertrouwen tegemoet.
Hoogachtend,
namens Comité Burgerinitiatief Parkeren Rivierenwijk,
S. H.
